Mag ik even biechten...

Mag ik even biechten? Ik heb het ook gedaan. Echt waar. En ik heb er spijt van.

Afgelopen vrijdag was ik in de supermarkt in het nabije dorp. We hadden een verjaardag voor de deur staan en de boodschappen moesten worden gedaan. Maar toen we de parkeerplaats om half tien op reden was het al goed te merken. Er was een ongewone drukte voor dit tijdstip. Bijna alle parkeerplaatsen waren bezet.
Eenmaal in de supermarkt aangekomen viel mijn oog op de lege pallets die direct bij de ingang stonden. De mooie aanbieding van het toiletpapier was helemaal op. En ook de rest van de winkel was leger dan normaal. We maakten samen ons rondje en kwamen bij een stapeltje toiletpapier aan. Het laatste restje. ‘Zullen we voor de zekerheid ook nog maar wat mee nemen?’ vroeg ik aan mijn vrouw. En snel gleden er twee pakken ons karretje in. Ook ik heb gehamsterd.

Een aantal jaar terug schreef theoloog Gert-Jan Roest in zijn proefschrift dat de tijd waarin wij nu leven nieuwe goden kent. Ik moest aan zijn verhaal terug denken omdat hij de pijnpunten aanhaalt waar wij nu rondom de Corona-crisis tegenaan lopen. Als nieuwe goden noemt hij onder andere;

  • de bewondering voor menselijke kracht,
  • de verheerlijking van individuele vrijheid
  • en autonomie en de fixatie op zekerheid en veiligheid.

Als ik vrees dat als ik zijn analyse goed begrijp dat we in de crisis bij al deze goden een vinkje mogen zetten. Onze goden staan onder druk. De situatie waarin we terecht zijn gekomen geven een flinke schop tegen alles wat wij vandaag belangrijk vinden.

Eén van de grote goden van onze tijd is dat het leven maakbaar is. We willen alles kunnen controleren en beheersen. Om zo te kunnen werken aan onze zekerheid en veiligheid van het leven.
Op dit moment worden beperkt in onze vrijheid. We mogen en kunnen niet meer in contact staan met de mensen om ons heen zoals we dat gewend waren. We zijn niet meer vrij om een stedentrip of een leuk weekendje weg te boeken.   

Ineens worden we stilgezet bij het feit dat het leven niet zo maakbaar is dan dat we hebben gedacht. Dat er grenzen zitten aan de capaciteit van ons zorgsysteem. Dat we door dit soort maatregelen lang niet zo vrij zijn in ons doen en laten dan dat we altijd hebben gedacht.
Het kan ons een gevoel van onmacht en machteloosheid geven. We hebben geen grip meer op alles wat er om ons heen gebeurd. Al onze zekerheden lijken door de vingers te glippen. Wat zekerheid leek te zijn is vervangen door een toekomst die we niet kunnen overzien. En dat kan ons angstig maken

En met wat blijven we dan over? Wat hebben we nog in handen? Welke bronnen kunnen we nog gebruiken om ons perspectief te bieden?

In de kerk laten we ons inspireren door de woorden uit de bijbel. Verhalen die ons een andere kijk op het leven kunnen geven. Vandaag wil ik een verhaal uit het oude testament delen. Het is een bekend verhaal. De bouw van de toren van Babel uit het bijbelboek Genesis hoofdstuk 11

1Heel lang geleden sprak iedereen op aarde dezelfde taal. 2De mensen trokken toen van de ene plaats naar de andere. Zo kwamen ze op een keer in het oosten, in Babylonië. Ze gingen daar wonen in een dal.

3Toen zeiden de mensen tegen elkaar: ‘Laten we van klei stenen bakken.’ Zo maakten ze bakstenen om mee te bouwen. Ze gebruikten teer om de stenen aan elkaar vast te maken. 4Toen zeiden ze: ‘Laten we een stad gaan bouwen met een toren die tot in de hemel komt. Dan worden we heel beroemd. En als we in die stad blijven, raken we niet over de hele aarde verspreid.’

5Toen kwam de Heer naar de aarde. Hij kwam kijken naar de stad en de toren die de mensen aan het bouwen waren. 6Hij zei: ‘De mensen zijn nu één volk en ze spreken allemaal dezelfde taal. Wat ze hier doen, is nog maar het begin. Straks kunnen ze alles doen wat ze bedenken. 7Laat ik naar ze toe gaan. Ik zal ervoor zorgen dat ze elkaar niet meer kunnen verstaan.’

8Toen verspreidde de Heer de mensen over de hele aarde. Ze stopten met de bouw van de stad.

9Die stad wordt Babel genoemd. Daar zorgde de Heer ervoor dat de mensen elkaar niet meer konden verstaan. En dat ze overal op aarde gingen wonen.

 

Indrukwekkend. God die ingrijpt in de idealen van de mensen. Begrijp mij goed. Ik geloof niet dat God ziekte gebruikt om ons een lesje te leren. Maar wat ik wel zie om mij heen is dat we leven in een wereld die gebroken is. Waar alles niet gaat hoe dat het moet gaan. Én dat God door die gebrokenheid heen werkt.

Het verhaal van de toren van Babel verteld ons dat God. De maker van hemel en aarde zich zorgen maakt. Zijn schepselen hebben Hem niet meer nodig. Ze kunnen alles zelf wel. Ze zijn vrij om te doen wat ze willen.

Op een wonderlijke manier grijpt God in. Mensen spreken van het ene op het andere moment een vreemde taal. Met als gevolg: dat ieder zijn weg ging. Kwetsbaar, met gebroken idealen van een maakbare wereld.

Toch stopt het verhaal van God met ons als mensen daar niet. Hij gaat verder. Met liefde en trouw kijkt God naar ons om. Zijn zorg en trouw blijven.

Misschien is dat we het perspectief dat we door deze crisis heen krijgen. Dat we mogen omzien naar de mensen om ons heen. Samen optrekken in plaats van te werken aan het ideaalbeeld dat we zelf alles kunnen.